�����̨

De Utrechtse subatomaire fysici onder leiding van prof.dr. Raimond Snellings en prof.dr. Thomas Peitzmann, kunnen samen met hun collega’s van het NIKHEF een nieuwe, geavanceerde detector bouwen voor onderzoek naar het minst begrepen onderdeel van het Standaard Model, de sterke interactie. De nieuwe detector meet de geproduceerde deeltjes met een veel grotere precisie en kan in eenzelfde tijdsperiode meer dan honderd keer zo veel botsingen registreren. In totaal ontvangen NIKHEF en universitaire partners 15,2 miljoen euro voor investeringen in verschillende experimenten met de Large Hadron Collider (LHC) van CERN, de grootste deeltjesversneller ter wereld.

“Met deze investering uit de Nationale Roadmap Grootschalige Onderzoeksfaciliteiten en de recente toekenning uit het FOM-programma LHC-physics, kunnen we tot en met 2021 de sterke interactie onderzoeken en daardoor beter begrijpen wat de eigenschappen waren van de materie in het universum net na de Big Bang”, aldus Snellings. Hij is naast hoogleraar in Utrecht programmaleider van de Nikhef-groep voor het ALICE-experiment in CERN.

Onverwacht

Met het ALICE-experiment, dat al loopt sinds 2010, wordt onderzoek gedaan naar materie bij extreem hoge temperatuur en dichtheid, zoals die ook tot enkele microseconden na de Big Bang ons universum vulde. Deze materie wordt gecreëerd door hoog-energetische botsingen van zware ionen in de LHC. Uit het onderzoek van de afgelopen jaren is gebleken dat deze nieuwe vorm van materie zich, onverwacht, gedraagt als een vloeistof met een ongekend lage kinematische viscositeit.

Voortrekkersrol

Het Instituut voor Subatomaire Fysica van de �����̨ heeft samen met het Nikhef in de laatste jaren een zeer belangrijke positie in het ALICE-experiment opgebouwd. ‘Hierdoor hebben ook Utrechtse natuurkundestudenten directe toegang tot toponderzoek binnen dit experiment en met name tot de heel uitdagende nieuwe technologie die voor de metingen nodig is. Deze investering verstevigt onze positie en maakt het mogelijk dat wij aanvullend op de analyse en interpretatie van data, ook een voortrekkersrol houden binnen de detectortechnologie”, vult zijn collega Peitzmann aan.

Opsporing borstkanker verbeteren met detectortechnologie

Aan dr. André Mischke van het Instituut voor Subatomaire Fysica van de �����̨ is dit jaar een ERC Proof of Concept grant toegekend van 150.000 euro om met technologie uit de deeltjesfysica nauwkeuriger en met minder straling een mammogram te kunnen maken. Een mammogram is een röntgenfoto van de borstklier waarmee in een vroegtijdig stadium borstkanker kan worden opgespoord. Voor dit project werkt hij samen met dr. Jan Visser van het Nikhef en dr.ir. Hugo de Jong, klinisch fysicus van het UMC Utrecht. In de video lichten Mischke en De Jong het project toe.

Meer informatie

• Monica van der Garde, persvoorlichter faculteit Bètawetenschappen, m.vandergarde@uu.nl, 06 - 13 66 14 38.
• over de toekenningen ‘Nationale Roadmap Grootschalige Onderzoeksfaciliteiten’
• over de investeringen in de LHC-experimenten