Parel voor baanbrekend onderzoek naar microplastics in de placenta
Er zijn steeds meer signalen dat micro- en nanoplastics invloed kunnen hebben op de menselijke gezondheid. In september vorig jaar kwam het nieuws naar buiten dat microplastics in de placenta metabole veranderingen tot stand kunnen brengen. Dat bleek uit een van de 15 doorbraakprojecten die ZonMw financierde binnen het programma Microplastics en Gezondheid. Dit onderzoek, geleid door Juliette Legler, verdient een Parel omdat het een schoolvoorbeeld is van hoe multidisciplinaire samenwerkingen in korte tijd een doorbraak kunnen bereiken.
Het doorbraakproject over liet in een kort tijdsbestek zien dat er kleine plastic deeltjes in de placenta en vruchtwater aanwezig zijn. Bovendien zagen de onderzoekers dat microplastics werden opgenomen door placentacellen en daar een subtiel effect hadden op de genen betrokken bij de hormoonproductie en stofwisseling. Dit roept de vraag op of kleine plastic deeltjes de groei en ontwikkeling van het kind kunnen be茂nvloeden. In september 2022 brachten de onderzoekers hierover naar buiten, na een publicatie in vakblad Environmental Health Perspectives.
Multidisciplinaire samenwerkingen
Het onderzoek naar microplastics in de placenta en het vruchtwater valt, samen met 14 andere projecten over gezondheidsrisico鈥檚 van microplastics, onder de doorbraakprojecten. Legler ontvangt de ZonMw Parel voor haar verbindende rol binnen en tussen de doorbraakprojecten. 鈥淗et project was enkel mogelijk door de samenwerking van verschillende disciplines op het gebied van toxicologie, celbiologie, analytische chemie en kindergeneeskunde. Door de succesvolle samenwerkingen konden we vele uitdagingen aan en nieuwe idee毛n ontwikkelen. Zo waren er uitdagingen met het plasticvrij werken en het verfijnen van chemische analysemethodes鈥, aldus prof. dr. Dick Vethaak.
Wereldwijd bekend
Met name door de enorme inzet van Legler is het project tot een groot succes uitgegroeid en voortgezet in het publiek-private consortium , dat bestaat uit 12 onderzoeksinstituten en 15 industri毛le partners. Legler is tevens co枚rdinator van dit consortium, samen met Dick Vethaak. 鈥淥nder de deskundige en inspirerende leiding van Legler werden de verschillende partijen bij elkaar gebracht en leidde zij het multidisciplinaire project op uitstekende wijze. Dat doet ze nog steeds met veel enthousiasme en zeer motiverend voor alle betrokkenen鈥, vertelt Dick Vethaak. Inmiddels is het consortium wereldwijd bekend als het gaat om onderzoek naar gezondheidseffecten van microplastics.
Maatschappelijke impact
鈥淗et placentaproject leverde belangwekkende resultaten op die de urgentie van vervolgonderzoek benadrukken, waardoor dit vervolg ook ontstond. Uit een klein doorbraakproject is een stevige onderzoekslijn ontstaan. Dit unieke onderzoek toont als een van de allereerste studies de aanwezigheid van microplastics in de placenta en vruchtwater aan, en laat ook metabole veranderingen in de placenta zien. Het project staat model voor de 15 doorbraakprojecten, door te laten zien dat we nog maar heel weinig weten van de implicaties van de blootstelling aan minuscule plastic deeltjes, zowel voor de geboorte als levenslang鈥, legt Frank Pierik, Programmamanager Microplastics & Gezondheid, uit. In de doorbraakprojecten zijn ook in andere, essenti毛le onderdelen van het lichaam subtiele effecten gezien door microplastics, zoals in de darmen, longen, hersenen en in het immuunsysteem. Naast de placenta en het vruchtwater, zijn de plastic deeltjes ook in het bloed daadwerkelijk aangetoond. De onderzoeksresultaten van alle 15 doorbraakprojecten hebben daarom enorme maatschappelijke en wetenschappelijke impact.
Vervolgonderzoek hard nodig
Gezondheidseffecten van microplastics zullen vooral op de lange termijn pas zichtbaar zijn. Er is dringend behoefte aan verder onderzoek naar de gevolgen van deze nieuwe verontreinigingen op de zwangerschap en de ontwikkeling van het kind. 鈥淲e weten nog onvoldoende over de gezondheidsrisico's van microplastics en aanverwante chemicali毛n en de blootstelling daarvan. Ook moeten we de aanwezigheid van plastic deeltjes in de menselijke placenta en het vruchtwater goed in te gaten houden. Daarom is het nodig in een vervolgonderzoek te gaan inzetten op grotere aantallen donoren om de eerste onderzoeksresultaten te bevestigen鈥, zegt Vethaak. De volgende stap is het in kaart brengen van de risico鈥檚 voor de mens door bijvoorbeeld epidemiologisch onderzoek. Zodat, als het nodig is, uiteindelijk ook de gezondheid van toekomstige generaties kan worden beschermd.
