Klimaatfictie helpt ons na te denken over klimaatverandering

Foto: Unsplash/Hitoshi Suzuki
Foto: Unsplash/Hitoshi Suzuki

Klimaatfictie, literatuur waarin klimaatverandering centraal staat, wordt steeds populairder. Waar enkele jaren geleden de Nederlandse literatuur nog nauwelijks klimaatfictie kenden, is er de afgelopen tijd een hele reeks boeken verschenen en komt er volgens professor Moderne Nederlandse Letterkunde Geert Buelens nog een hele reeks aan. Hij sprak bij en bij over dit relatief nieuwe literaire genre.

Van hopeloosheid naar hoop

Met bosbranden, overstromingen en andere klimaatgerelateerde rampen is er deze zomer in de media veel aandacht voor klimaatverandering. Je kan je afvragen of mensen naast verslaggeving over al het onheil dat klimaatverandering brengt ook nog zitten te wachten op fictieve verhalen over dit thema. Volgens Buelens biedt literatuur een manier om vorm te geven aan de emoties die klimaatverandering oproept. Ook kan het ons helpen om een toekomst te visualiseren die meer hoopvol stemt dan het heden. "Het is denkbaar om via romans een beeld te geven van een wereld die veel duurzamer is dan de wereld die we vandaag kennen," aldus Buelens. "Die wereld vinden we misschien wel zo aantrekkelijk dat we ons steeds makkelijker kunnen voorstellen dat we inderdaad ons leven gaan omgooien om tot die duurzame wereld te komen."

Steeds minder vergezocht

Ook voordat de term klimaatfictie in opkomst was werd er in de Nederlandse literatuur al geschreven over de verhouding tussen mens en planeet. Maar wat de recentere literatuur onderscheidt is de aannemelijkheid van het beeld dat geschetst wordt. Waar auteurs eerst worstelden met de vraag hoe ze op een realistische manier over klimaatverandering konden schrijven, overschaduwt de realiteit van klimaatverandering inmiddels wat destijds verbeeld kon worden. "De verbeelding van de schrijver wordt nu uitgedaagd door de natuur," vertelt Buelens. "Op een bepaalde manier geeft dit de schrijver meer vrijheid: alles wordt steeds minder vergezocht."